Excursie Bargerveen
Op 25 juni 2017 stond op het jaarprogramma een excursie naar het Bargerveen. In vier auto’s, gevuld met zo’n zestien personen werd koers gezet naar het Bargerveen, gelegen in het uiterste zuidoosten van Drenthe, iets onder Emmen. Het is één van de twee gebieden in Nederland waar nog levend hoogveen is. Ooit was meer dan de helft van ons land bedekt met ondoordringbaar hoogveen. Rond 1850, toen de vraag naar turf steeds groter werd, begon de grootschalige ontginning van dit gebied. Het Bargerveen bleef gespaard, doordat aan het begin van de 20e eeuw steenkool aan een snelle opmars begon. Het gevolg was, dat er een eenzijdig landschap van vochtige en droge hei en berkenbossen ontstond, waarin het oorspronkelijke veenmos zo goed als verdwenen was. In 1968 werd een deel van het veengebied opgekocht door de overheid en overgedragen aan Staatsbosbeheer. Door verschillende maatregelen, zoals het omhoog brengen van het waterpeil via een dammenstelsel, is het veen weer tot ‘leven’ gekomen. In de ondiepe, natuurlijke bassins die door de indamming ontstonden, vond explosieve groei van veenmos plaats. Na zo’n twee uur rijden bereikten we het gebied en voordat we de auto’s konden parkeren, zagen we al de belangrijkste broedvogel van het Veen, de Grauwe Klauwier. Vele tientallen Grauwe Klauwieren broeden hier. Via de parkeerplaats liepen we naar een schuilhut. In de hut was niet zoveel te zien. Buiten de hut zagen we onder andere Blauwborst, Rietgors en Grasmus. Ook hier liet de Grauwe Klauwier zich zien. Via een zijweg mooi het gebied in gegaan. Het water en het veen is goed te zien, evenals de vele libellen, kikkers en mooie plantjes. We hadden een libellenkenner onder ons, Stefan van Schaik. Dus voortaan worden de libellen ook op naam gebracht. Niet alleen kwam het water van onderen. Halverwege de tocht moesten we schuilen langs een haag om de grote druppels tegen te gaan. Gelukkig klaarde het snel op en konden we waarlijk onder een zonnetje onze tocht volbrengen. De Watersnip was aan het baltsen en deed zijn bijnaam hemelgeit eer aan. De buitenste staartpennen van de Watersnip zijn gedraaid en als hier lucht doorheen stroomt, geeft dit een mekkerend geluid. Op de vele watertjes ontwaarden we ook een Geoorde Fuut. Uiteraard verschillende Roodborsttapuiten en langs de bermen Welriekende Nachtorchis. Peter van de Braak zag een boom waar wel zes grote nestkasten bij elkaar hangen. Na later bleek zijn deze opgehangen ter compensatie voor Kauwtjes. Er was een oude stal afgebroken, waardoor de Kauwen een ander onderkomen kregen aangeboden. Op het eind van de wandeling zag John Hermans nog net een verdwijnende Adder. Helaas ging dit te snel voor vele anderen. Het was iets na de middag en we hadden nog een lange reis voor de boeg, zodat besloten werd om eerst gebak en koffie/thee/chocolademelk te nuttigen. In Zwartemeer bij de theetuin hebben we heerlijk gesmuld van eigen gemaakt gebak. We zaten buiten en de Huiszwaluwen vlogen mooi om ons heen. Na een voorspoedige terugreis kwamen we weer aan in Uden. Voor herhaling vatbaar.
Jan-Willem Hermans