Wilde Zwaan, Cygnus cygnus, 140 - 160 cm
Herkenning
Grote witte vogel met lange rechte hals en lange wigvormige grotendeels gele snavel met zwarte punt. Even groot als de Knobbelzwaan, maar eleganter en slanker. In de vlucht weinig luidruchtig, trompetterend. Vleugels maken geen geluid, in tegenstelling tot Knobbelzwaan. Blijven vaak als groep bijeen, trekken in V-formatie. Bij strenge vorst zijn ze hier talrijker en bij zachte winters blijven ze vaak wat noordelijker overwinteren, bijvoorbeeld in Denemarken. Komt minder talrijk voor dan de Kleine Zwaan, die komt met grote getale naar Nederland. Vertrekken alweer vroeg in maart, zodat er van schade aan de gewassen nauwelijks sprake is.
Biotoop
('s Winters) Zeekust, meren en grote rivieren (Flevopolders, IJsselmeer).
Voedsel
Voedsel: zoekt zijn voedsel 's winters op stoppelvelden en weilanden, eet voornamelijk plantaardig voedsel.
Broeden
Wintergast, broedt niet in Nederland, maar in Scandinaviƫ, IJsland en Rusland.
Aantallen in Nederland
Rond de 3000 exemplaren in de winter. Sinds 2005 broedvogel; in Nederland, twee paar in Drenthe/Overijssel.
Aantallen in onze omgeving
Vooral in de Osse polders in de winter in kleine aantallen te zien en rond Loosbroek. In ons werkgebied vooral in de Princepeel te zien, maar de laatste jaren daar nauwelijks meer.