Brandgans, Branta leukopsis, 58 - 70 cm
Herkenning
Middelgrote compacte gans, de zwarte hals is dik en kort, het gezicht is roomkleurig tot wit. De buik is wit en de rug grijs gestreept. In de vlucht is het contrast tussen de zwarte hals en de witte buik zeer opvallend. De poten en de kleine snavel zijn zwart. Wordt bijna altijd in groepen waargenomen.
Biotoop
Broedt graag op rotskusten en op eilanden, bij ons te vinden op weilanden om te grazen. Een groot deel van de populatie overwintert in ons land vanwege de zachte winters. Blijft meestal in de buurt van de kust (zoutwatermoerassen en slikken) of op grasland bij riviermondingen.
Voedsel
Grassen en wortelstokken, zeegras en ook wel zaden van biezen, iets wat vrij ongewoon is voor ganzen. Bij volle maan wordt de hele nacht doorgegeten.
Broeden
Broedt in kolonies op richels van steile klippen, waar de poolvos niet bij kan. Het nest is gemaakt van plantaardig materiaal, donsveertjes en keutels. Het ligt op de grond, meestal tussen wat begroeiing of tussen stenen, maar soms ook zonder enige beschutting. Sinds de eeuwwisseling broed de Brandgans ook in Nederland, bij voorkeur op eilanden met delen kort gras en zonder predatoren. De meeste broeden in West Nederland en langs de grote rivieren.
Aantallen in Nederland
16.000 - 22.000 broedparen in Nederland, in de winter grote aantallen overwinteraars.
Aantallen in onze omgeving
Broedt niet in onze omgeving, maar wel bijvoorbeeld in Keent. Wordt wel overvliegend gezien, in toenemende mate.