Bergeend, Tadorna tadorna, 55-65 cm
Herkenning
Zit tussen de eend en de gans in en wordt daarom ook wel gansachtige eend genoemd. Donkergroene kop, rode snavel, witte borst en buik met brede bruine borstband, zwarte schouderveren. Het mannetje heeft een opvallende rode knobbel aan de snavelbasis, deze ontbreken bij de vrouwtjes.
Biotoop
Ondiepe wateren in de buurt van de kust, grote meren en rivieren. Overwintert voornamelijk in de getijdengebieden van de Waddenzee.
Voedsel
Eet voornamelijk weekdieren (wadslakje, wormen), de Bergeend vangt deze ook duikend. Verder kreeftachtigen, muggenlarven en zaden.
Broeden
Nestelt vaak in ongebruikte konijnenholen, maar ook tussen de vegetatie. Het vrouwtje gaat twee keer per dag op zoek naar voedsel. Alleen het vrouwtje broedt, maar het mannetje houdt de wacht. Bergeendenkuikens worden al voor ze zelfstandig zijn in crèches ondergebracht (ofwel geborgen, vandaar de naam Bergeend). Niet broedende vogels passen dan op de kuikens, terwijl de ouders vertrekken naar gemeenschappelijke rui plaatsen, vaak in Duitsland, maar ook in de Nederlandse Waddenzee.
Aantallen in Nederland
5700 tot 9400 broedparen in Nederland, echter slechts de helft tot driekwart van de Bergeenden komt maar tot broeden, dus het totale aantal Bergeenden ligt rond de 11.000 paren.
Aantallen in onze omgeving
De Bergeend komt als broedvogel bij ons niet voor, maar komt in het broedseizoen wel voor in de Osse polder en Keent (allebei buiten het werkgebied), waar ook donsjongen zijn gezien. Sporadisch wordt deze soort wel gezien.